[West-Sahara] antwoorden Kaag op vragen Diks

fwillems op antenna.nl fwillems op antenna.nl
Vr Sep 14 22:27:56 CEST 2018


Datum 14 september 2018
Betreft Beantwoording vragen van het lid Diks over het handelsverkeer
tussen de EU en Westelijke Sahara.

Hierbij bied ik de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld
door het lid Diks over het handelsverkeer tussen de EU en Westelijke
Sahara. Deze vragen werden ingezonden op 2 augustus 2018 met kenmerk
2018Z14481.

De Minister voor Buitenlandse Handel Ontwikkelingssamenwerking
Sigrid A.M. Kaag

  ---

Antwoorden van de minister voor Buitenlandse Handel en
Ontwikkelingssamenwerking op vragen van het lid Diks (Groenlinks) over
het handelsverkeer tussen de EU en Westelijke Sahara.

Vraag 1
Klopt het dat de Europese Commissie een voorstel heeft gedaan om te
regelen dat handelsafspraken tussen de Europese Unie (EU) en Marokko ook
geldig zijn voor de Westelijke Sahara?

Antwoord
Ja, dit klopt. De Europese Commissie heeft op 11 juni 2018 voorstellen
aan de Raad voorgelegd voor Raadsbesluiten tot ondertekening en sluiting
van een briefwisseling met Marokko, waarmee de geografische reikwijdte
van twee protocollen (import, oorsprongsregels) bij het
Associatieakkoord met Marokko wordt uitgebreid naar de Westelijke
Sahara. De Raad heeft op 16 juli 2018 het besluit tot ondertekening
namens de Unie vastgesteld en is nog in afwachting van de vereiste
goedkeuring door het Europees Parlement om het besluit tot sluiting
van het akkoord vast te kunnen stellen. Uw Kamer is geïnformeerd over de
Nederlandse positie ten aanzien van deze aanpassing via de geannoteerde
agenda Raad Buitenlandse Zaken van 16 juli 2018 (Kamerstuk 21 501-02,
nr. 1895) en in antwoorden van het kabinet op het schriftelijk overleg
Raad Buitenlandse Zaken van 16 juli 2018 (Kamerstuk 21 501-02 nr. 1896).

Vraag 2
Deelt u de mening dat, mede gelet op de uitspraak van het Europese Hof
van Justitie d.d. 21 december 2016 (C-104/16 P), het uitbreiden van de
territoriale reikwijdte van de handelsafspraken met Marokko naar de
Westelijke Sahara niet kan plaatsvinden zonder goedkeuring van de
Westelijke Sahara als onafhankelijke partij? Zo nee, waarom niet?

Antwoord
De Nederlandse inzet is erop gericht geweest dat de uitspraak van het
Europese Hof van Justitie wordt nagekomen. Dit betekent onder meer dat
de oorspronkelijke bevolking adequaat moet worden betrokken. Het kabinet
is van mening dat de Commissie en Europese Dienst voor Extern Optreden
(EDEO) alle redelijke en haalbare stappen hebben ondernomen om de
bevolking van de Westelijke Sahara adequaat te betrekken.

Vraag 3
Welke stappen zijn door de Europese Commissie gezet om de bevolking van
de Westelijke Sahara bij dit proces te betrekken? Deelt u de opvatting
dat het consulteren van Marokkaans-gekozen officials of economisch
belanghebbenden hier niet de doorslag in kunnen geven?

Antwoord
De Europese Commissie en Europese Dienst voor Extern Optreden hebben
zich ingezet om een brede groep vertegenwoordigers en
belangenorganisaties, inclusief vertegenwoordigers van het Polisario
Front, zo goed mogelijk te betrekken. Het overgrote deel van de
geconsulteerde partijen heeft hun visie gedeeld met de Europese
Commissie. Enkele groepen, zoals de Sahrawi Association of Victims of
Human Rights Violations, hebben daarvan afgezien.
Marokko heeft als verdragspartij bij het Associatieakkoord ook
vertegenwoordigers geconsulteerd. De uitkomsten hiervan zijn door de
Europese Commissie meegenomen in het verslag van de consultatie. 1) Het
kabinet steunt de Commissie in de brede consultatie waarin meerdere
partijen zijn gehoord.

Vraag 4
Klopt het dat de Europese Commissie partijen als ‘geconsulteerd’
aanmerkt, terwijl deze partijen geweigerd hebben met de commissie in
gesprek te gaan of anderszins geen gesprek heeft plaatsgevonden? Welk
percentage van de consultaties van de Europese Commissie ter zake
betreft dit?

Antwoord
Zie ook het antwoord op vraag 3. De Europese Commissie heeft zich
ingezet een brede groep vertegenwoordigers en belangenorganisaties zo
goed mogelijk te betrekken. Het stond deze partijen vanzelfsprekend vrij
om al dan niet hieraan mee te werken. Een overzicht van de consultatie,
inclusief lijst met belanghebbenden die zijn geconsulteerd, is online
beschikbaar.

Vraag 5
Acht u het acceptabel dat door de EU-handelsafspraken met een
onrechtmatige bezetter worden gemaakt met betrekking tot het
handelsverkeer van en naar het bezette gebied? Zo ja, hoe rijmt u dat
met de grondwettelijke taak van de Nederlandse regering om zich in te
zetten voor het handhaven van de internationale rechtsorde?

Antwoord
Het kabinet is van mening dat de geografische reikwijdte van de
handelsafspraken met Marokko kunnen worden uitgebreid tot de Westelijke
Sahara. Marokko oefent feitelijk gezag uit in het gebied. Het is daarom
mogelijk met Marokko internationale handelsafspraken te maken die in
overeenstemming zijn met internationaalrechtelijke randvoorwaarden en
waarbij de uitspraak van het EU-Hof wordt nagekomen.

Vraag 6
Erkent u het Polisario Front als vertegenwoordiging van de bevolking van
de Westelijke Sahara? Zo ja, hoe beoordeelt u dat de Europese Commissie
niet met deze partij in gesprek is gegaan?

Antwoord
Nederland erkent de claims van Polisario over de Westelijke Sahara en de
door Polisario uitgeroepen République Arabe Sahraoui Démocratique niet.
De Europese Commissie heeft een brede groep vertegenwoordigers en
belangenorganisaties geconsulteerd. Eveneens hebben technische
discussies plaatsgevonden met vertegenwoordigers van het Polisario
Front. Dit wordt vermeld in het verslag van de consultatie. Het kabinet
is echter van mening dat de instemming van Polisario niet doorslaggevend is.

Vraag 7
Heeft de importeur van het schip met strooizout uit de Westelijke Sahara
dat 30 april 2017 aanmeerde in Dordrecht inmiddels vrijstelling van
invoerrechten aangevraagd op basis van handelsafspraken met Marokko? Is
een eventuele aanvraag ingewilligd? Zo ja, wat is daar dan de juridische
en morele basis van?

Antwoord
Ja, de importeur heeft bij invoer van zout een preferentie van het
invoerrecht aangevraagd op basis van afspraken in het Associatieakkoord
tussen de Europese Unie en Marokko. De Douane heeft de aanvraag voor de
preferentie vooralsnog ingewilligd. De Douane heeft echter tevens om een
nader onderzoek verzocht in Marokko en is ook een nader onderzoek
gestart in Nederland. Als uit deze onderzoeken volgt dat de feitelijke
oorsprong van het zout niet Marokko is maar bijvoorbeeld de Westelijke
Sahara, zal het betreffende invoerrecht alsnog worden geheven. De
juridische basis hiervoor is het Douanewetboek van de Europese Unie
en de uitspraak van het Europese Hof van Justitie (zaak nr. C-104/16P
van 21 december 2016).

bron:
https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2018/09/14/beantwoording-kamervragen-over-het-handelsverkeer-tussen-de-eu-en-de-westelijke-sahara



Meer informatie over de West-Sahara maillijst